Twee van ‘onze’ predikanten, Eddy de Kruijff en Ruben Schep volgen in het kader van de Permanente Educatie een opleiding tot interimpredikant. Hieronder komen zij aan het woord:
Nooit uitgeleerd.
Ruben: Iedere predikant dient te blijven werken aan de eigen ontwikkeling door het volgen van cursussen en het verzamelen van studiepunten. Dat kunnen meerdere losse cursussen zijn, maar ook door een samengestelde opleiding te volgen als een specialisatie. Klassiek is de predikant geschoold in de uitleg van de Bijbel en in het pastoraat. Maar geestelijk leidinggeven hoort ook bij het predikantschap. Zeker in tijden van grote veranderingen kan daarvoor meer nodig zijn dan wat iemand zelf in huis heeft.
Wanneer een predikant is losgemaakt van zijn gemeente, als er moeilijke beslissingen te nemen zijn over gebouwen, in tijden van crisis: in zulke gevallen kan het goed zijn als er tijdelijk een predikant aan de slag gaat met een bepaalde opdracht om een gemeente zo te helpen weer verder te kunnen. Daarbij zijn kennis en vaardigheden nodig over hoe systemen werken, over groepsdynamiek, bemiddeling, communicatie en nog veel meer.

Eddy: Laat ik eerlijk zijn…, de permanente educatie waartoe elke predikant verplicht is, zoals Ruben dit beschrijft, is voor mij de directe aanleiding geweest om een cursus te gaan zoeken. ‘Ik moest wel.’ Elke vijf jaar behoort men voor de permanente educatie een bepaald aantal studiepunten te behalen, waardoor op deze manier predikanten worden gestimuleerd om voortdurend (permanent) te blijven leren en jezelf te ontwikkelen (educatie). Eigenlijk ben ik wel blij met deze verplichting, want voor mij is dit een stok achter de deur om echt tijd te nemen voor studie en ontwikkeling. Ik studeer graag, maar vind het lastig om dan dingen te moeten laten liggen. Maar als ik eenmaal de stap heb gezet, dan wil ik ook echt ergens mijn tanden in zetten. Dat laatste is voor mij de reden om te kiezen voor een omvangrijke cursus, zoals deze opleiding tot interimpredikant.

Onze keuze nader bekeken

Ruben: In zowel mijn vorige gemeente (Moordrecht-Gouderak) als in Capelle was ik betrokken bij een proces van samenvoeging en afstoting van een gebouw. Ook ben ik twee keer consulent geweest in een andere gemeente. In zulke situaties had ik een sterk besef van roeping, omdat ik daar niet zozeer de herder was die zorg droeg voor de kudde, maar eerder de herder die zoekt naar nieuwe wegen voor die kudde. Tegelijkertijd ervoer ik dat ik kennis en vaardigheden te kort kwam om steeds te begrijpen wat er gebeurde en hoe ik daar zo heilzaam mogelijk aanwezig in zou kunnen zijn.

Eddy: Voor mij ligt deze opleiding in het verlengde van een vorige omvangrijke training, de cursus ‘Klinisch Pastorale Vorming’ (KPV). Tijdens een KPV-training ben je intensief bezig jezelf te ontdekken en te analyseren, met als doel je professioneel handelen te verbeteren en te verdiepen. Zelfreflectie is een kernwoord in de KPV-training.
In de opleiding tot interimpredikant komen wel gelijke vragen aan de orde, maar de focus is niet je eigen persoon, maar de gemeente als geheel: wat gebeurt hier op dit moment? Welke processen zien wij en wat zit hieronder of hierachter? Hoe gaan we als gemeente met uitdagingen, veranderingen of blokkades om en waarom? Hoe verloopt de communicatie? Wat zijn weerstanden en hoe moet je ze waarderen? Ik geniet ervan om processen te bestuderen, diepere lagen te ontdekken en verbindingslijnen te zien, om zo doende met elkaar tot een beter verstaan te komen en verder te kunnen.

Wat het ons brengt?

Eddy: Lastig om deze vraag kort te beantwoorden. Misschien het beste zo: deze opleiding leert mij steeds meer om op het juiste moment niets te doen en om op het juiste moment juist aan te pakken. Dat eerste: het is heel belangrijk om eerst heel goed te kijken, te luisteren, door te vragen, echt te ontdekken wat het probleem/de vraag/de uitdaging is. En dat is makkelijker gezegd dan gedaan! Een vraag, probleem of uitdaging kan je op zoveel manieren bekijken: kijk je vooral naar ‘de taak’, of de personen die erbij betrokken zijn? Heb je oog voor de cultuur waarin het zich afspeelt, de organisatiestructuur, enzovoort? Maar door goed te kijken en durven stil te blijven staan, kan je vervolgens ook gerichter iets aanpakken of met elkaar oppakken en vaak met meer effect. Door een aantal tools aan te leren, ben ik daar vrijmoediger in geworden. Een beetje meer lef kon ik misschien wel gebruiken.

Ruben: Ja, en jij kunt dat ook goed, kijken, kijken, kijken en dan gericht het goede doen. Veelal doen we gewoon wat we kunnen, maar is dat niet altijd wat nodig is. Door juist goed te kijken kun je dat op het spoor komen. Verder ben ik dankzij de opleiding weer dichter bij mijn roeping gekomen. Door God geleid mag ik in de kerk werkzaam zijn en meewerken aan de vreugde. Ik snap beter mijn rol als predikant door adviseur te zijn van de kerkenraad. Ik leer wat ik moet doen, maar ook wat ik kan laten. Ik word op een weg gezet om in processen van verandering vrijmoedig aanwezig te zijn en zo nieuwe wegen te ontdekken met een gemeente. Grote woorden misschien, maar zo ervaar ik het wel. In de context van een landelijke kerk waarin onder andere een nieuwe bezinning op het ambt gaande is, voelt dat als een groot cadeau.

Tijd vrijmaken

Ruben: Mijn ervaring is dat het op de een of andere manier altijd lukt om tijd te vinden voor waar je je door aangetrokken wordt. Verder zijn er afspraken gemaakt met de kerkenraad, omdat studie ook onderdeel is van je werktijd. Oftewel: de opleiding is ook de baan. Een predikant heeft nu eenmaal meer verplichtingen dan alleen aan de eigen gemeente.

Eddy: Tja, daarin is Ruben wel mijn grote leermeester. 😊 Ik heb ook met mijn kerkenraad afspraken gemaakt, men gunt mij echt de ruimte om te studeren, maar ondertussen probeer ik toch zowel alles in de gemeente nog te blijven doen als ook mijn opleiding. Ik heb wel wat geschrapt in mijn dienstenrooster, maar verder? Een goed punt om tijdens deze opleiding nog eens op te reflecteren…

Wat ga je er mee doen?

Eddy: In deze fase van mijn leven, binnenkort een nieuwe gemeente (Maarssen), waar ik fulltime predikant mag zijn, zal ik voorlopig niet voor een interimpredikantschap kiezen. Maar zowel in Schollevaar als in Maarssen zijn de kennis en de vaardigheden van deze opleiding heel goed bruikbaar. Ik zie het echt als een verrijking, wat op heel veel gebieden van het gemeente-zijn van nut kan zijn. En wie weet, misschien dat ik later nog eens iets voor andere gemeenten kan betekenen?

Ruben: Dat is het mooie: het komt altijd van pas. Als reguliere gemeentepredikant, maar ook in andere situaties waar je als predikant nu of in de toekomst werkzaam mag zijn in de kerk. Je hebt tegenwoordig de ambulant predikant, de pionier, maar er nemen ook collega’s uit Friesland deel aan de opleiding die soms in vier dorpen tegelijk dominee zijn! Hoe ik er in de toekomst mee verder ga, valt nog te ontdekken. Maar, dat het me aantrekt, kan ik niet ontkennen. We zullen zien waar God ons in de toekomst heen roept!